KNOPEN
Inleiding
Ik ben al sedert mijn jeugd fervent sportvisser en verzamelaar van hengels, molens, hengelsportboeken enz. Ook heb ik de neiging om alles voor mezelf uit te proberen en vooral niet blindelings te vertrouwen op de informatie die in ons wereldje de ronde doet. Wat me steeds opnieuw opvalt bij het nalezen van hengelboeken, zowel oude als recente, is het volgende :
Er staat doorgaans weinig in over knopen. De meeste auteurs beperken zich tot het beschrijven van enkele klassieke knopen zoals de bloedknoop en de uni-knoop, met de mededeling dat deze ‘goed’ en ‘betrouwbaar’zijn.
Concrete cijfers krijgen we niet, want het is duidelijk dat de meeste auteurs één en ander niet zelf objectief testen . Breektesten zijn dan ook enorm tijdrovend : elk type van knoop moet met verschillende lijndikten getest worden en dit minstens 5 maal voor elke dikte. Zo kom je al snel aan honderden knopen, die telkens met dezelfde concentratie gelegd moeten worden.
De weinige boeken en artikels die wel specifiek over knopen handelen zijn erg onvolledig. In sommige boeken vind je tientallen knopen terug maar geen testresultaten. Of je vindt goede testen, die trouwens vaak een verrassend resultaat opleveren, maar dit voor slechts enkele knopen. Vandaar dat ik, vele jaren geleden, gestart ben met het testen van zowat alle knopen die in de vissport gebruikt worden.
Het is dan ook mijn bedoeling om de betere knopen in deze blog te bespreken, mét testresultaten.
Voor we knopen echt gaan testen eerst enkele algemene bedenkingen.
Wat is de beste knoop ?Op het eerste gezicht nogal duidelijk : de sterkste natuurlijk. Maar zo simpel ligt het niet. Er zijn zeer sterke knopen die amper gebruikt worden omdat ze wel sterk, maar voor de rest niet echt praktisch zijn. De kwaliteit van een knoop wordt door meerdere factoren bepaald.
Sterk, eenvoudig en snel
‘Faire solide, faire simple,faire vite’. Ik heb een groot respekt voor de praktische kennis van beroepsvissers,en in deze leuze geven Franse beroepsvissers de kenmerken van een goede knoop. Ik wil er zelfs, vanuit de sportvisserij, nog een vierde criterium aan toevoegen : discretie.
Een goede knoop moet sterk zijn. Dit spreekt voor zich. Bij een knoop hebbben we in principe een verzwakking van de lijn, en deze blijft best beperkt.
Een goede knoop moet eenvoudig zijn. Natuurlijk vraagt het altijd een zekere tijd om echt vertrouwd te worden met een bepaalde knoop. Maar sommige knopen zijn zo complex dat het, zelfs met de tekeningen voor ogen, een heksentoer is om ze goed te leggen.En het is maar de vraag of het dan een maand later aan het water ook nog zal lukken. Of je hebt vijfentwintig vingers nodig om de knoop te binden. Sorry, maar voor mij zijn dit serieuze nadelen, hoe goed de knoop voor de rest ook moge zijn.
Een goede knoop moet snel te leggen zijn. Er zijn uitzonderingen, maar die bevestigen alleen maar de regel. De Bimini-twist bijvoorbeeld is een knoop die we enkel gebruiken als het echt moet. Hij is oersterk én eenvoudig, maar als je hem goed wil leggen ben je al snel enkele minuten bezig. Als je thuis op je gemak lijntjes knoopt (altijd aan te raden overigens) speelt dit minder mee, maar in het heet van de strijd aan het water is snelheid toch een belangrijke factor.
Een goede knoop moet discreet zijn. Met uitzondering van bepaalde visserijen (noordzeevissen, nachtvissen..) toch wel iets om rekening mee te houden. Vissen kunnen bijzonder schuw zijn, en een dikke klomp van een knoop is dan een dooddoener.
Als we straks de diverse knopen gaan testen op de trekbank zal blijken dat slechts een handvol knopen aan alle vier de criteria voldoet. Dit zijn de echte superknopen ! Bij elke knoop zal ik trouwens aangeven welke de goede en minder goede eigenschappen ervan zijn.
HET BINDEN VAN KNOPEN
We weten dat er sterke en minder sterke knopen bestaan. Velen beseffen echter niet hoe belangrijk het wel is dat een knoop goed gelegd wordt. Wat haast, een beetje concentratieverlies… en voor je het weet heb je een onbetrouwbare knoop gebonden. Heel vaak zie je dat ook : de knoop ziet er rommelig uit. In plaats dat de wikkelingen mooi naast elkaar liggen vallen ze kriskras doorheen.Of de lijn naast de knoop ziet er uit als een kurkentrekker (teken van oververhitting bij het aantrekken). Of de knoop staat open en weigert zich aan te trekken enz. Vandaar : leg bij de minste twijfel de knoop opnieuw. Better safe than sorry. En test elke knoop na het binden even met gepaste kracht.
Enkele zaken om rekening mee te houden :
– Oefen regelmatig de knopen die je geselecteerd hebt : oefening baart kunst. Als uw resultaten met een bepaalde knoop beduidend minder zijn dan de testresultaten in deze blog wijst dit wellicht op een fout in de manier van binden.
– Bevochtigen van de lijn met water of beter nog speeksel is zeker zinvol : het materiaal wordt a.h.w. gesmeerd en de knoop laat zich soepel aantrekken zonder oververhitting van de lijn.
– Trek rustig maar zonder aarzelen de knoop aan en controleer daarbij of de knoop zich goed ‘zet’.
– Respecteer een zeker evenwicht tussen de gebruikte onderdelen : dik nylon op een dunne haak of wartel wordt als het ware ingesneden door het dunne metaal. Omgekeerd zal een dunne lijn op een dikke haak of wartel nog als eens gaan slippen of kantelen.Verder zullen we ook zien dat een haak of wartel die slecht gemaakt of slecht ontworpen is de breeksterkte geweldig kan beïnvloeden.
– Bij knopen waarbij in de lijn een aantal ‘slagen’ (wikkelingen) wordt gelegd, is het aantal slagen niet zonder belang. Te weinig slagen en de knoop gaat slippen ; te veel slagen en de knoop laat zich niet of zeer moeilijk aantrekken wat ook nefast is. Elke knoop heeft een ‘ideaal’ aantal slagen. Zo lees je dan dat dit voor de uni 5 is, voor de bloedknoop 6 enz. Dit klopt wel, maar men neme dit best als een gemiddelde. Bij dunne lijnen is het aangewezen om,op voorwaarde dat de knoop zich nog soepel laat aantrekken, enkele slagen extra te leggen. Bij dikke of stugge lijnen misschien één of enkele slagen minder, om het aantrekken te bevorderen. Bij dit laatste wel uitkijken dat de knoop niet gaat slippen.
WHAT’S IN A NAME ?
Het gebruik van knopen is zo oud als de menselijke beschaving, zoveel is duidelijk. In de loop der tijden zijn duizenden knopen uitgevonden om gebruikt te worden in alle takken van menselijke activiteit : visvangst, jacht, geneeskunde, zeevaart,bouwkunst… Vaak belanden knopen in de vergeethoek om later opnieuw ‘ontdekt’ te worden. Het resultaat is dat knopen meestal onder meerdere namen bekend zijn. Om verwarring te vermijden zal ik bij elke knoop dan ook de gangbare benamingen geven.